Uit het raam kijken in je sportkleren. Naar de zeikende regen, ondanks de stellige beloftes van de Buienradar. Je niet kunnen voorstellen daarin te lopen. Plassen die in elkaar overstromen.
Het is stil op straat. Een paar honden met hun baasje. Die hebben geen keus natuurlijk. Een regenjack dat nog minder waterdicht bleek dan je dacht. En de regen, die nog wat harder aanzet.
De lauwe, zware lucht in-en uitademen. Het bos dat overal trommelt en druipt. Pieken haar die dikke druppels lekken langs je wangen, ze schoonspoelen als bij een goede huilbui. De doffe dreunen van je hart die langzaam lichter, sneller, harder worden.
Je niet kunnen voorstellen dat je binnen was gebleven.